De inschrijver dient de verschillende kosten op te nemen onder de daarvoor bestemde kostenplaatsen

Het komt in de praktijk nog regelmatig voor dat inschrijvers bepaalde eenheidsprijzen zeer laag prijzen of op “0” stellen om in aanmerking te komen voor een opdracht. Op basis van de Standaard RAW bepalingen 2010 is dit niet meer toegestaan. Alle kosten moeten op grond van artikel 01.01.03 lid 02 RAW 2010 in de eenheidprijs zijn opgenomen. Indien niet alle kosten in de eenheidsprijs zijn opgenomen, dan is op grond van artikel 01.01.04 van de RAW 2010 sprake van een ongeldige inschrijving.

Joost Haest advocaat bij Severijn Hulshof

Diverse uitspraken van Voorzieningenrechters in de afgelopen drie jaren bevestigen dat het niet opnemen van alle kosten in de eenheidsprijs onder vigeur van de RAW 2010 onherroepelijk leidt tot ongeldigheid. [1] Die lijn wordt bevestigd door onderhavige uitspraak.

De klagende inschrijver stelde zich op het standpunt dat hij bepaalde besteksposten, die in de inschrijfstaat opgenomen waren onder de “eenmalige kosten”, had weggelaten omdat deze posten net zo goed op “0” gezet konden worden. De prijs voor die eenmalige kosten had de klagende inschrijver namelijk reeds doorgerekend in de totale prijs.

Met deze stelling was de slag voor de klagende inschrijver in feite al verloren. Artikel 01.01.03 lid 03 RAW 2010 bepaalt immers dat eenmalige kosten, uitvoeringskosten, algemene kosten en winst en risico niet mogen zijn opgenomen in de eenheidsprijs. In genoemd artikel wordt nadrukkelijk bepaald dat deze kostenposten dienen te worden opgenomen na het subtotaal (dus in de staartkosten) in de desbetreffende posten van de ontleding van de aanneemsom.

Door de eenmalige kosten door te rekenen in de totale prijs heeft de klagende inschrijver deze kosten wel verdeeld over de eenheidsprijzen, hetgeen strijdig is met de RAW systematiek.

Ik verwijs in dit kader ook naar een zogeheten RAWeetje uit 2012[2]de beoordeling van de RAW systematiek overeenkomstig de RAW 2010’, een publicatie van het CROW.[3] In deze CROW publicatie wordt met een enkele zin aangegeven dat hetgeen de klagende inschrijver in zijn inschrijfstaat heeft gedaan, op basis van de RAW systematiek niet is toegestaan:

“De inschrijver dient de verschillende kosten op te nemen onder de daarvoor bestemde kostenplaatsen.”

De aanbestedende dienst heeft in onderhavige kwestie besteksposten opgenomen voor eenmalige kosten en die kosten moeten dan ook in deze specifieke besteksposten ontleed worden.

De Voorzieningenrechter van de Rb. Noord-Holland heeft in onderhavige uitspraak in rechtsoverweging 6.7 dan ook terecht geoordeeld dat de RAW 2010 nu juist nadrukkelijk beoogt tegen te gaan dat eenmalige kosten worden verdisconteerd in verrekenprijzen door (dwingend) voor te schrijven dat eenmalige kosten apart ontleed dienen te worden. Deze rechtsoverweging sluit naadloos aan op het hiervoor uiteengezette artikel 01.01.03 lid 03 RAW 2010.

In feite heeft de klagende inschrijver geschoven met kosten over de besteksposten. Eenmalige kosten zijn doorgerekend in de eenheidsprijzen. Al onder de oude RAW 2005 was het schuiven met kosten over besteksposten niet toegestaan hetgeen onder meer duidelijk werd in een uitspraak van de Rb. Dordrecht d.d. 30 juni 2011, ECLI:NL:RBDOR:2011:BQ9811[4]:

“Krachtens artikel 01.01.03 lid 2 Standaard 2005 is het de inschrijver niet toegestaan over bestekposten te schuiven met kosten die voor het tot stand brengen van een resultaatsverplichting nodig zijn.”

en

“[eiseres] heeft niet weersproken dat zij tekorten op bestekposten waarop zij laag heeft ingeschreven heeft verdisconteerd in de bestekposten waarop zij hoog heeft ingeschreven. Aldus heeft [eiseres] het voorschrift van artikel 01.01.03 lid 2 van Standaard 2005 geschonden, hetgeen reeds meebrengt dat haar inschrijving als ongeldig dient te worden aangemerkt.”

Als een inschrijver bepaalde kosten wil verdisconteren (een hogere eenheidsprijs), zoals de klagende inschrijver blijkbaar heeft willen doen, of juist bepaalde kosten (ten dele) voor eigen rekening wil nemen (bijvoorbeeld een lagere eenheidsprijs) dan is dit binnen de RAW systematiek wel mogelijk. Dit moet dan echter plaats vinden bij respectievelijk de post “winst en risico“ of de post “korting”. Zie voor een heldere uiteenzetting wederom de hiervoor genoemde CROW publicatie.

Op basis van de RAW 2010 wordt aldus de eis gesteld dat in de prijs per eenheid alle kosten moeten zijn opgenomen, maar anderzijds is het toegestaan een eenmalige korting op te voeren. Het is mij niet duidelijk waarom een korting moet worden opgegeven voor het gehele werk terwijl het niet mogelijk is een korting te geven voor één of meerdere specifieke besteksposten. Dit zou de aanbesteder toch voordeel opleveren?

Conform de RAW 2010 kan vrij eenvoudig de situatie ontstaan dat de totale inschrijfsom redelijk is maar een enkele deelprijs van die som niet. Dit resulteert er dan in dat de inschrijving als ongeldig wordt aangemerkt omdat slechts één post te laag is geprijsd. Dit is naar mijn mening een ongelukkige situatie. Niet alleen voor de inschrijver, maar mogelijk ook voor de aanbesteder.

Noot bij Voorz.r. Rb. Noord-Nederland 9 oktober 2013 ECLI:NL:RBNNE:2013:6070

[1] Rb. Haarlem 22 juli 2010, ECLI:NL:RBHAA:2010:BN6663, Rb. Den Haag 3 maart 2011, ECLI:NL:RBSGR:2011:BP9888, Rb. Dordrecht 30 juni 2011, ECLI:NL:RBDOR:2011:BQ9811, Rb. Maastricht 27 april 2012, ECLI:NL:RBMAA:2012:BW5172, Rb. Den Bosch 14 juni 2012, ECLI:NL:RBSHE:2012:BW8663, Rb. Den Haag, 18 juli 2013, C/09/443679/KG ZA 13-590 n.n.g.

[2] http://www.crow.nl/getmedia/49109cdc-5689-435a-9ac9-2347c56bd6e5/Staat,-aanbesteden-(2)-2011-09-De-beoordeling-van-de-inschrijvingsstaat-volgens-de-Standaard-2010-doc-(2).aspx

[3] Het CROW is een onafhankelijke kennisorganisatie die de RAW systematiek beheert en actueel houdt.

[4] Vergelijk ook Rb. Den Bosch, 5 juni 2012 ECLI:NL:RBSHE:2012:BX6259