- Severijn Hulshof - https://www.severijnhulshof.nl -

Betere samenwerking begin(t) bij jezelf!

In de Marktvisie spreken de grootste (overheids)opdrachtgevers en de belangrijkste brancheverenigingen gezamenlijk de ambitie uit om te “excelleren, als ‘bouwers van Nederland’, door betrouwbaar, aanspreekbaar en inspirerend te zijn en om samen te werken voor burgers en bedrijven aan een veilig, leefbaar en bereikbaar Nederland.”

Kernwaarden binnen de Markvisie zijn: samenwerking, wederzijds respect, openheid en vertrouwen. Best for project dient weer het uitgangspunt te zijn bij de uitvoering van een werk. Samen de schouders eronder om in het kader van het maatschappelijk belang een werk te realiseren zonder elkaar de spreekwoordelijke tent uit te vechten, dat is het doel.

De doelstellingen die in de Marktvisie zijn verwoord zijn ambitieus, er wordt een behoorlijke cultuuromslag van alle marktpartijen verlangd. Zo moet handelen in eigen belang plaats maken voor het denken, handelen, werken en leren in ketens. En moet het eenzijdig zenden en reactief handelen plaats gaan maken voor anticiperend handelen en het voeren van de dialoog. Voor mij als bouwrechtadvocaat is de Marktvisie een aardig en lezenswaardig document waar ik als jurist niet zoveel mee kan.

Mijn probleem met de Marktvisie is niet dat ik het niet eens ben met de roep om minder procedures en geschillen in de bouw. Integendeel, ik zie het ook als taak voor ons als advocaten om zoveel als mogelijk te voorkomen dat er geschillen ontstaan en om oplossingen te zoeken die recht doen aan de belangen van alle betrokken partijen. Een goede samenwerking op basis van een gerechtvaardigde verdeling van risico’s, kansen en financiële middelen tussen opdrachtgevers en opdrachtnemers voorkomt ook conflicten. Nee, de Marktvisie is in de basis een uitstekend startdocument om veranderingen in de bouwsector aan zowel de opdracht nemende als de opdracht gevende kant te initiëren.

Mijn grootste bezwaar ten aanzien van de Marktvisie is dat het ambitiedocument te weinig rekening houdt met het feit dat de maatschappelijk relevante werken waarop de visie duidelijk mikt nagenoeg allemaal openbaar en veelal Europees aanbesteed moeten worden.

Het aanbesteden van de werken staat per definitie op gespannen voet met het opbouwen en het in stand houden van langdurige relaties tussen opdrachtgevers en opdrachtnemers. Het opbouwen van samenwerkingen tussen Nederlandse overheidsopdrachtgevers (aanbestedende diensten) en de Nederlandse marktpartijen die tot doel hebben om markt breed en langdurig in meerdere werken beter met elkaar samen te werken, dreigt de concurrentie vanuit de rest van Europa geweld aan te doen.

Nu ben ik mij ook wel bewust van het feit dat de opstellers van de Marktvisie en de ondertekenaars ervan zich niet tot doel hebben gesteld om de Nederlandse markt af te schermen voor aannemers uit de andere Lidstaten. Wat ik enkel wil aanstippen is dat mijns inziens in de uitwerking van het streven en de ambities van de Marktvisie de aandacht meer moet liggen op de wijze waarop de werken in de markt worden gezet. De Marktvisie concentreert zich mijns inziens nu teveel op het gedrag van de potentiële inschrijvers en aanbestedende diensten met de neiging zich enkel te beperken tot de Nederlandse markt.

Het feit dat het gros van de maatschappelijk van belang zijnde werken waarop de Marktvisie doelt, moet worden aanbesteed, brengt ook mee dat aanbestedende diensten vooraf nooit weten wie er gaat inschrijven en bovendien bij elke aanbesteding weer een andere partij als winnaar uit de bus kan komen. Het opbouwen van langdurige samenwerkingsverbanden, het structureel delen van kennis, handelen in ketens e.d. wordt daarom vrijwel onmogelijk.

Gelet op deze hobbels zie ik dan ook voornamelijk aan de opdrachtgeverszijde de grootste uitdagingen liggen om de nobele doelstellingen uit de Marktvisie daadwerkelijk levensvatbaar te maken. De slag moet allereerst door hen gemaakt worden in de vormgeving van de aanbestedingen en de contracten: proportionele risicoverdelingen, objectieve en transparante eisen en voorwaarden zijn nodig om de doelstellingen te verwezenlijken. Wil men meer kwaliteit dan zal de wegingsfactor prijs in de EMVI criteria echt ondergeschikt gemaakt moeten worden aan de kwaliteit. Wil men meer concurrentie en inschrijvers behouden dan dienen de reken- en tendervergoedingen voor verliezende inschrijvers naar marktconforme niveaus getrokken worden.

Maar ook de opdrachtnemers kunnen hun steentje bijdragen. Vooral in hun onderlinge verhoudingen (met onderaannemers, leveranciers etc.) dient het samenwerkingsmodel echt doorgevoerd te worden. In de gehele keten moet men zich meer gaan gedragen als partner: risico’s die niet bij een onderaannemer thuishoren, moeten daar contractueel dus ook niet naar toegeschreven worden.

Kortom, de Marktvisie is een stap in de goede richting maar een betere samenwerking begint toch echt eerst met concrete acties in het eigen domein van de opdrachtgevers en opdrachtnemers. Die concrete acties zie ik nog te weinig terug in mijn praktijk.